Vandaag, donderdag 28 januari is het Gedichtendag en ook meteen de start van de Poëzieweek. Elk jaar moet ik even glimlachen als deze datum op mijn kalender verschijnt. Zoveel jaar geleden ontmoette ik uitgerekend op deze dag – hoe kan het ook anders, was het voorbestemd misschien? – de dichter die mijn hart veroverde en later mijn man werd… Je zou voor minder poëtisch worden.

De liefde voor de poëzie heb ik van kinds af aan gehad. Eerst begon het met thuis korte gedichten lezen in het bekende verzameld werk “Kom maar dichter”. Op school schreef ik gedichten in de klas en zeker in het middelbaar vond ik het fijn om mijn gevoelens op papier te zetten. Op die leeftijd kom je ook los van structuren als ABAB-vormen, verplicht rijm en soms zelfs van je moedertaal. Poëzie geeft vrijheid van gedachten, laat je nadenken en dingen anders bekijken en daarom is het leuk om dit al van kleins af te leren ontdekken.

Op een dag als deze heb ik de uitgelezen kans om de boys te overspoelen met gedichten. Ik vind het leuk om op deze dag op verschillende plaatsen in huis een gedicht neer te leggen. Op hun bord, onder hun hoofdkussen, onder de deur geschoven, op een post-itblaadje op de spiegel in de badkamer, zelfs gelamineerd in de boterhammendoos. Kleinere kinderen kan je het gedicht voorlezen en eventueel hun gebaren bij het gedichtje aanleren, grotere kinderen kunnen het zelf lezen. Probeer veel verschillende vormen en lengtes van gedichten aan te bieden. Een gedicht op een rolletje met een lintje aan, een geplooid vliegtuigje met een gedicht op, een ander lettertype, een ouder gedicht met ander taalgebruik, een mooie kleur inkt, een gedicht met grafische effecten, werkt altijd goed om afwisseling te creëren en hun te blijven boeien.

Je kan ook een raadsel maken waarbij je kind een zoekopdracht geeft in een boek. “Neem het eerste woord van de derde pagina”, ” zoek de tweede zin op p. 67″. Hiervoor moet je wel tijd hebben om het even bij elkaar te zoeken. Een ander idee is dat je bij bepaalde voorwerpen in je huis een gedicht plaatst bv. bij een vork een gedicht over eten, bij het raam een gedicht over buitenspelen, bij de aquarium een gedicht over een visje.

In het weekend gaan we een wandeling maken (als dit Belgische weer maar even meewerkt tenminste) naar de literaire Erasmustuin in Leuven, een mooie plek om fragmenten uit gedichten te gaan lezen. Op verschillende plaatjes staat er vegetale poëzie over de verschillende bomen en planten. Nadien kan je kind zelf aan de slag gaan thuis om een gedicht te schrijven over zijn favoriete boom of plant.

Wat ook heel leuk is voor kinderen uit de basisschool is om woorden te knippen uit een oude krant of tijdschrift. Je kan ze een foto geven waarbij ze passende woorden moeten zoeken of ze zelf zinnen laten maken met woorden die jij ze geeft. Zo leren ze puzzelen met taal. Een naamdicht (acrostichon) werkt ook altijd bij kinderen. Ze kiezen een persoon over wie het gedicht gaat, schrijven de letters onder elkaar en zoeken een woord of een zin die met die letter begint dat bij die persoon past.

Na het avondeten maken we het gezellig met een kaarsje en een dichtbundel. Iedereen leest dan een gedicht voor uit een boek dat we doorgeven. Een grappig, droevig, raar, onverstaanbaar gedicht, alles mag. Je mag het voorlezen, declameren en op een stoel staan, uitbeelden,… Stel nadien vragen aan elkaar zoals: “hoe voelde je je bij het horen van dit gedicht?”, “Zou jij dat ook zo schrijven?”, “Waren er woorden die je nog niet kende?”, “Heb je de verborgen boodschap of structuur erin gezien (bv. bij een elfje (11 woorden), ABA-vorm, rijm, naamdicht)?”

Een slaapversje en een kusje op hun neus sluit de dag weer af. Wedden dat je zelf ook nieuwe gedichten hebt leren kennen op je zoektocht?

Veel plezier en inspiratie tijdens deze poëzieweek!